Daarna zagen we de tijdelijke tentoonstelling in zaal E: Salon des Jeunes - een twintigtal jonge kunstenaars gingen de interactie aan met vijf geselecteerde topstukken uit de collectie (Minne, Ensor, Van Dyck, Rousseau, Van Rysselberghe). Een indrukwekkend interessante zaal propvol met het meest uiteenlopende werk.
Merel Van De Casteele (1995) - Zonder titel (naar: George Minne, Moeder beweent haar dode kind)
Janne Gistelinck (1996) - De oorlog in jou, de oorlog in mij (naar: Anthony Van Dyck, Jupiter en Antiope)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten