zondag 14 maart 2021

2021-03-12 Tatjana Pieters galerie: Charles Degeyter

Degeyter (°1984) studeerde productontwerp maar is in de eerste plaats geboeid door natuurkunde en natuurhistorie enerzijds, door etnografie anderzijds. In Galerij Tatjana Pieters presenteert hij enkele werken die gebaseerd zijn op werk dat hij in de Verbeke Foundation toont. Op basis van zijn studie van (onder andere) Polynesische culturen maakte hij fictieve verhalen, die hij uitwerkt zoals een negentiende eeuwse natuurwetenschappers en ontdekkingsreizigers (von Humboldt, Darwin): zorgvuldig catalogeren, gedetailleerd beschrijven, in tekeningen vastleggen - vooraanzicht, zijaanzicht, doorsnede.
Maar uiteraard is dit bij Degeyter heel modern uitgewerkt: in hedendaagse kleuren; laser-geprint op plexi; met strenge ruitjes zoals vroeger het millimeterpapier; de tekst in een modern lettertype; in een strakke kader gepresenteerd.
Het verhaal (dat je kan aflezen van de plexi) is dat in deze cultuur de band met een gestorven persoon wordt onderhouden door regelmatig met het overleden lichaam bezig te zijn - op een bijzondere manier: de schedel wordt opengezaagd en in de lege schedel wordt een soort doolhof gebouwd. Daarin worden natuurlijke parels gelegd, die in het doolhofje rond kunnen rollen. Een van de nakomelingen mag een keer per jaar het spel spelen, tot hij de puzzel heeft opgelost. Zo behoudt hij dus jarenlang de band met zijn voorouder. De schedel is voorzien van een soort trekkertje dat je bij kleine pinball spelletjes ook wel ziet. Fijne humor maakt een mogelijk macaber werk speels.
Natuurlijk levert Degeyter met dit werk commentaar op hoe wij in onze cultuur omgaan met de dood, maar net zo goed behandelt hij het thema van het romantisch escapisme (Tahiti, zonovergoten culturen, kleurrijke diersoorten met mysterieuze gedragingen). Hij toont naast de tekeningen van de schedel (tegen de wand achter het object zelf) ook tekeningen met rituele gebruiksvoorwerpen en exotische dieren (kreeften die traditionele maskers als huisje gebruiken). Intrigerend. Met de rituele gebruiksvoorwerpen, de maskers en het gebruik van schedels stelt hij ook de ongemakkelijke vraag hoe ver de Westerse mens (de kunstenaar) kan gaan in het overnemen van motieven en verhalen uit andere culturen (in het Engels heet dit apropriation).

Charles Degeyter is een zachte, aangename jongeman. Hij vertelt met passie en bescheidenheid. Dat hij nu een tentoonstelling heeft in Verbeke Foundation vertelde hij terloops. En het is verbazend wat hij al allemaal gedaan heeft. (Wat nu volgt, las ik op zijn website.) Na zijn studies maakte hij posters voor top bands als Queens of the Stone Age, Nine Inch Nails en the Melvins. Maar hij liet die carrière schieten om zich volop te concentreren op zijn kunstenaarschap. Enige tijd geleden zagen we van hem (in de BAD - Belgian Art en Design beurs in 2019) raadselachtig werk:

En misschien zag je deze werkjes al ergens in een tijdschrift - het zijn sarcofaagjes voor overleden huisdieren:

Top tip: volg hem op Instagram en Facebook. Daar vond ik onderstaande video's. Ik ben fan.

2021-03-12 Tatjana Pieters galerie: Ben Edmunds

Toen we een uitnodiging kregen van galerie Tatjana Pieters voor de openingsavond van een duo-tentoonstelling van Ben Edmunds en Charles Degeyter schreven we ons coronaproof in. Twee onbekende kunstenaars. Wat riskeer je?

Ik zal eerst Ben Edmunds bespreken. Zijn show is getiteld: It won't last forever (or maybe it will).

Wel, we hebben genoten van het werk van deze onbekende jonge kunstenaar (°1994). Ik vind het ronduit magnifiek werk.

Wat zie je? Grote doeken en kleine doeken, in moderne heldere tinten, volledig abstact - met schitterende kleurvlakken die mooi overgaan van de ene naar de andere kleur, met vlekken en strepen die dynamiek geven aan het oppervlak en met (aan de randen van het canvas) stroken die geprint lijken te zijn, en soms drukknopen of zeilogen. Je hebt ogen tekort. De doeken zijn ook allemaal op een bijzondere manier afgewerkt: ze zijn omrand (of moet ik zeggen: ingesnoerd?) met heel strak ogende, zwarte of witte kunststof objecten die doen denken aan onderdelen van ski's (kliksluitingen, latjes), klimgereedschap (bayonetsluitingen, nylon koord), harnassen waarin surfers zich hijsen - dat soort dingen.

De eerste twee doeken in de tentoonstelling zijn heel grote driehoeken (rechthoekig, veel hoger dan ze breed zijn), de vorm doet denken aan zeilen van windsurfplanken. Verder zien we doeken in allerlei groottes en vormen in dezelfde heldere, optimistische kleuren - en een aantal objecten (een touwladder tot in de nok van het dak, een witte ladder tegen de muur, een soort horloge-achtig object, spanframes zonder doek). Sommige doeken hangen 'gewoon' aan de muur; andere zijn met klimmerstouw en bayonetringen vastgemaakt aan de vloer en het plafond. Het zijn schilderijen en tegelijk zijn het objecten.

 

Een werk dat mij echt helemaal 'greep' is een tamelijk klein werk - je ziet het op de foto's hierboven: een doekje van ongeveer 20 cm breed en 30 cm hoog in warme tinten van rood tot oranje. Prachtig van kleur. Onderaan het doek een blauw-witte strook, heel strak en industrieel-design aandoend.) Het werkje, de grootte van een flink notitieboek, is omrand met een kunststof boord, klimmerstouw en kliksluitingen. Het is wel duidelijk dat die zijkanten deel van het geheel uitmaken. Mij gaf het werkje meteen het gevoel van avontuurlijk reizen (trektochten langs kliffen, dat soort dingen) waar je niets bij je hebt dan die kleine 'rugzak' (mijn fantasie sloeg wat op hol) waarin onze ervaringen zich vanzelf verzamelden.

En aan de muur tegenover dit werk hing iets heel anders:

Een soort reclamepaneel (in een plexi doos) waarin heel wat van de kunststof objecten worden getoond. In de uitleg lees je dat Ben Edmunds een bedrijfje heeft in dat soort materialen. Alles is piekfijn verzorgd, sharp, design. Er wordt zelfs uitgelegd hoe het bedrijfslogo en lettertype tot stand kwamen. Verzinsel of realiteit?
Op dat moment sprak de jonge kunstenaar ons aan: ja, hij maakte dit soort materiaal zelf en werd door Adidas gecontacteerd voor een samenwerking. Met een van hun ontwerpers ging hij aan de slag - vandaar het logo en het eigen lettertype. Hij maakt en verkoopt materialen voor sportuitrustingen. Zelf is hij fanatiek in "extreme sports" - windsurfen, klimmen, dat soort dingen. Hij combineert nu zijn interesses in sport en kunst en heeft er nog een bedrijfje bij ook: Aspiratorial Equipment. De naam komt op de flanken van sommige werken terug, je herkent het lettertype en logo. Gereedschap waarmee je je sportieve en artistieke aspiraties aan kan pakken. Escapisme in het zeilen, het lopen, het surfen - maar net zo goed in het contemplatieve: met deze kleurrijke objecten aan je muur is het altijd een lekker winderige, zonnige dag.
Dus ja, je mag die driehoekige doeken zien als een soort zeilen. (Canvas is zowel het materiaal waaruit zeilen worden gemaakt als schildersdoek).
Edmunds gebruikt doeken die water opnemen en hij spreidt reusachtige stukken doek uit op de vloer van zijn schilderstudio (hij heeft ook een tweede studio). Dan besproeit hij de doeken met kleurstoffen ('dye'). Hij gebruikt enkel de drie hoofdkleuren geel, cyaan en magenta (denk aan printerinkt). Daarmee kan hij alle mogelijke kleuren laten ontstaan. Ongetwijfeld is het toeval een belangrijk element in zijn werk. Eens de doeken geverfd (gekleurd) zijn, bepaalt hij welke stukken hij zal gebruiken, welke vorm, welke afwerking. Hij spant die stukken dan op en brengt met acryl enkele details aan. Want wat we eerst dachten dat kleurenstrips op het schilderij waren, met de computer geprint, blijken dus handmatig aangebrachte details te zijn die wel verwijzen naar hedendaagse logo's, gelaserde lijnen en zo verder. Zo fijn geschilderd! Daarna brengt Edmunds de omlijsting aan. Ook vroeger reeds maakten sommige kunstenaars een kaderlijst, of ze kozen er zelf één bij een vakman, om het werk af te maken.
Alles past mooi in dat plaatje, en de woorden die op sommige doeken en objecten geprint staan, worden dan wegwijzers: Romantic. Horizons. Abyss (afgrond). Happiness. (De titel van het kleine rood-oranje werkje is ‘Those golden days’, zo las ik op de Instagrampagina van de kunstenaar. Het betere escapisme.)
Wat eerst nette, afgelikte, met de computer gegenereerde stukken leken zijn het werk van een lang en zorgvuldig proces, waarbij Ben Edmunds vertrekt van grote gekleurde stukken canvas, waar hij allerlei keuzes voor maakt: grootte, formaat, vorm, kader, afwerking. Mooi werk, piekfijn technisch afgewerkt, van een aangename en ondernemende kunstenaar.

Meer werk van Ben Edmunds (en professioneler foto's) hier: https://benedmunds.net.